De ontwikkelingen van de energietransitie hebben een grote impact op het elektriciteitsnet. Zo wordt er steeds meer energie verbruikt en verduurzamen consumenten en bedrijven in een rap tempo. Bijvoorbeeld door de installatie van zonnepanelen en warmtepompen en duurzame mobiliteit. “Het net is hier oorspronkelijk niet op gebouwd”, vertelt Robertjan Spaans. Voor het Servicepunt Duurzame Energie werkt hij binnen de programmalijn “warmteregio’s” aan de samenwerking tussen Noord-Hollandse gemeenten. Stefan Fritz, gebiedsregisseur Noord-Holland Noord bij Liander, vult aan: “Als gevolg hiervan ontstaat er steeds vaker file, zogenaamde congestie, op het elektriciteitsnet. Dat betekent dat we als netbeheerders in sneltreinvaart de netten moeten verzwaren voor het toekomstige energieverbruik. Tegelijkertijd zijn er nog veel onzekerheden, wat het voor netbeheerders lastig maakt om een ‘netplanning’ op buurtniveau te maken. Daarom hebben we als decentrale netbeheerders met de Nationale Uitvoeringsagenda een aanzet gegeven aan hoe we versnelling willen bereiken in de energietransitie.” Als vervolgstap ging het Servicepunt samen met Liander in gesprek met de gemeenten Hoorn, Alkmaar, Den Helder en Zaanstad. Stefan en Robertjan nemen ons mee in de belangrijkste uitkomsten van deze gesprekken.
De laatste jaren is er fors geïnvesteerd in de energie-infrastructuur. Alleen al vanuit Alliander is er het afgelopen jaar 1,3 miljard euro in de energienetten gestoken. Ook de komende jaren wordt er steeds meer geïnvesteerd in kabels, verdeelstations en hoogspanningslijnen om de capaciteit van het elektriciteitsnetwerk uit te breiden. “Deze investeringen en het huidige tempo zijn helaas nog niet voldoende”, vervolgt Stefan. “De vraag neemt sneller toe dan we momenteel kunnen bouwen. Daarom hebben we als decentrale netbeheerders met de Nationale Uitvoeringsagenda een aanzet gegeven aan hoe we versnelling willen bereiken. Dat kan alléén door efficiënt samen te werken met ketenpartners, bouwbedrijven, opdrachtgevers, overheden en natuurlijk de inwoners. De komende tijd gaan we met alle betrokken partijen het gesprek aan om deze uitvoeringsagenda te verbeteren en aan te scherpen.”
Een mega-opgave
Uitgaande van het Klimaatakkoord moeten in 2050 7 miljoen woningen en 1 miljoen gebouwen van het aardgas af. Liander heeft 135 gemeenten in haar verzorgingsgebied. Het gaat om zo’n 7.000 buurten en ruim 30.000 laagspanningsnetten. Netbeheerders verwachten zo’n 100.000 km kabel aan te moeten leggen richting 2050. Dat betekent omgerekend dat er iedere maand van Groningen naar Maastricht aan kabellengte de grond in moet.
Stefan: “Eén van de voorstellen uit de Nationale Uitvoeringsagenda is een fabrieksmatige aanpak op wijk- en gebiedsniveau. Dat betekent dat er binnen een gebied in een hoger tempo van wijk naar wijk wordt gewerkt. Om de gebiedsgerichte aanpak goed te laten werken, is tijdig duidelijkheid nodig over de toekomstige energieoplossing per gebied. Zo kunnen we als netbeheerders gebiedsgericht aan de infrastructuur werken.’’ Robertjan vervolgt: “Er zijn al gemeenten die duidelijke visies hebben op de ontwikkeling van laadinfra en toekomstige warmteoplossingen en toewerken naar complete wijkuitvoeringsplannen die het hele gebied van de gemeente dekken. Maar de meeste gemeenten hebben nog geen concrete invulling per wijk. Voor hen komen de netbeheerders daarom vóór 2025 met buurtvoorstellen, gebaseerd op hun eigen inschattingen: in welke wijken is het logisch dat een all-electric oplossing komt, waar zijn warmtenetten kansrijk, van welke groei in laadpalen en elektriciteitsvraag kan worden uitgegaan? Die concretisering is écht nodig om de beoogde versnelling te bereiken.”
“Je kunt de Nationale Uitvoeringsagenda zien als het begin van een continue dialoog met alle stakeholders om actief mee te denken over de uitvoeringsaanpak.”
Stefan: “Ik snap heel goed dat de opgave complex is en dat gemeenten ook nog niet alle antwoorden hebben. En wij hebben als netbeheerders ook niet de wijsheid in pacht, hè”, benadrukt hij. “Op basis van data kan het wel duidelijk zijn dat een warmtenet de meest geschikte oplossing is voor een gebied, maar er zijn meer factoren van belang die we niet in ons model meenemen. Veel modellen richten zich op de technische mogelijkheden, maar de sociale aspecten zijn misschien nog wel van groter belang om tot een geslaagd initiatief te komen. Het gaat uiteindelijk om de leefomgeving van mensen. Je kunt de Nationale Uitvoeringsagenda zien als het begin van een continue dialoog met alle stakeholders om actief mee te denken over de uitvoeringsaanpak. Als vervolgstap hebben we aangeklopt bij de grotere gemeenten in Noord-Holland Noord om samen te kijken of we de plannen concreter kunnen maken.”
Waardevolle bijeenkomsten
In maart en mei vonden de eerste twee verkennende gesprekken plaats met de gemeenten Hoorn, Alkmaar, Den Helder en Zaanstad. Deze gemeenten hebben de nodige ervaring opgedaan met het planmatig versterken van de (elektrische) energie-infrastructuur en zetten stappen richting een concretere warmtevisie. “Dat waren waardevolle bijeenkomsten”, vertelt Robertjan. Zo hebben we gediscussieerd over wat je als gemeente kunt doen met je visie en je beleid om de energietransitie te versnellen. Ook hebben we met elkaar afgestemd hoe we werkprocessen tussen gemeenten en Liander beter kunnen stroomlijnen.”
“Het warmteprogramma, de aanstaande herziening van de Transitievisie warmte, biedt een uitgelezen mogelijkheid om de aanpak voor de komende jaren te herijken en te concretiseren.”
“De uitdagingen op het laagspanningsnet krijgen een prominentere plek in de warmtevisies van gemeenten”, vult Stefan aan. Verder hebben we over allerlei maatregelen gesproken om de netcongestieproblematiek te verminderen. Als je bijvoorbeeld een gebied in jouw gemeente hebt met potentie voor een warmtenet, dan is dat een mooie kans om te benutten. Dit zorgt voor minder benodigde stroomcapaciteit. Daarnaast is de isolatieopgave natuurlijk van groot belang. Wat je niet verbruikt, hoef je ook niet op te wekken. En als in een bepaalde wijk het laagspanningsnet vol zit, ga dan niet zomaar over op een all-electric oplossing. Stem dit van tevoren goed af met de netbeheerder, zodat die fasering gezamenlijk op een goede manier georganiseerd kan worden. Het warmteprogramma, de aanstaande herziening van de Transitievisie warmte, biedt een uitgelezen mogelijkheid om de aanpak voor de komende jaren te herijken en te concretiseren.”
Wil je meer weten over wat je als gemeente kunt doen met je visie en je beleid om de energietransitie te versnellen? Of hoe je als gemeente de werkprocessen met Liander beter kunt stroomlijnen? Neem contact op met Robertjan Spaans van het Servicepunt Duurzame Energie.