Zowel op Europees, Rijksoverheid als op provinciaal en gemeentelijk niveau worden afspraken gemaakt om de uitstoot van broeikasgassen waaronder CO2 fors terug te brengen. Nederland streeft naar 95% minder CO2 uitstoot in 2050 dan in 1990 en al 49% reductie in 2030. In de Klimaatwet die momenteel behandeld wordt in de Tweede Kamer is dit laatste doel zelfs verhoogd naar 55% in 2030.
Energiebesparende maatregelen zoals isolatie van gebouwen en woningen, een overstap naar andere manieren van verwarmen en de vervanging van fossiele brandstofauto’s door elektrische varianten helpen om de CO2-uitstoot te beperken. Aan de aanbodkant moeten voornamelijk zonnepanelen op daken en in veldopstelling samen met windturbines gaan zorgen voor voldoende hernieuwbaar opgewekte elektriciteit. Daarnaast zullen duurzame warmtebronnen aangeboord gaan worden ter voeding van warmtenetten die op veel plaatsen gerealiseerd gaan worden. Dit alles betekent ook een andere en vernieuwde infrastructuur om deze elektriciteit en warmte te verplaatsen. Deze opgave is enorm en de transitie zal overal merkbaar worden en zichtbaar zijn.
Een belangrijke stap ter concretisering van het abstracte doel van 49 – 55% reductie in 2030 zal binnenkort worden genomen door het opstellen van regionale energiestrategieën (RES).Nederland is opgedeeld in 30 regio’s waarbinnen er met alle relevante stakeholders bepaald moet worden wat de bijdrage per regio kan zijn aan het terugdringen van de CO2-uitstoot richting 2030, met een doorkijk naar 2050. Om inzicht te krijgen in deze (ruimtelijke) opgave, gevoel te krijgen bij de orde van grootte en de mogelijkheden op lokaal niveau stelt het Servicepunt Duurzame Energie in opdracht van de provincie Noord-Holland voor alle Noord-Hollandse gemeenten een zogenaamde energiemix op (zie figuur onderaan).
Deze energiemix is een ‘praatplaat’ waarop op één pagina inzichtelijk wordt gemaakt wat het huidige energieverbruik is in deze gemeente, wat het te verwachten energieverbruik is in 2050 en welke energiebronnen hier mogelijk invulling aan kunnen geven. Onderdeel hiervan is ook een besparingsopgave. Deels wordt deze gerealiseerd door inzet van efficiëntere technieken en anderzijds door bijv. isolatie. Ook wordt er onder andere inzicht gegeven in de verdeling tussen individuele en collectieve warmteoplossingen, het verwachte gebruik van hernieuwbaar gas (biogas en waterstof) en de inzet van lokale houtsoortige biomassa. Het toekomstige elektriciteitsverbruik wordt vertaald in het benodigde aantal windmolens op land, zonnepanelen op daken en een hoeveelheid hectare aan zonnevelden. Deze energiemixen worden per (deel)regio ambtelijk met de gemeenten besproken zodat een beter begrip en inzicht in de voorliggende opgave wordt verkregen. Volgende stap is dat we regionale energiemixen opstellen. Al deze energiemixen zullen worden gebruikt als startpunt bij het opstellen van de regionale energiestrategieën voor Noord-Holland.
Het model achter de energiemixen is het Energietransitiemodel dat ontwikkeld is door Quintel Intelligence uit Amsterdam. Dit model is gemaakt om relatief eenvoudig verschillende energiescenario’s door te rekenen. Over Morgen brengt via het Servicepunt expertise op het gebied van energiesystemen en de visualisaties in. Vanuit het Servicepunt Duurzame Energie worden de sessies door de hele provincie georganiseerd in opdracht van de provincie Noord-Holland.
Voor meer informatie neem contact op met Stefan Kop:
Stefan Kop
Stefan.Kop@overmorgen.nl
06 58 91 50 46